Elf kanonschoten hebben de geschiedenis van het kleine Sint Eustatius voorgoed veranderd. Het saluut van Fort Oranje aan het Amerikaanse schip USS Andrew Doria betekende op 16 november 1776 de eerste feitelijke erkenning van de Verenigde Staten. De Amerikanen zijn ‘Statia’ nog steeds zeer dankbaar. Koningin Beatrix herdacht het historische feit met een bezoek aan het eiland, als aan het slot van haar rondje langs de overzeese rijksdelen.
De opdracht van gouverneur Johannes de Graaff kwam Nederland destijds duur te staan. De Britten vatten de groet op als een oorlogsverklaring. Statia, dat sinds 1636 bij Nederland hoorde, was in die tijd een belangrijk handelscentrum. Er woonden zo’n dertigduizend mensen (nu 2500). De Britten hadden weinig moeite het eiland te bezetten, als straf voor de erkenning van hun opstandige Amerikaanse gebiedsdelen. Pas in 1816 kreeg Nederland weer zeggenschap over het eilandje, waar de voertaal sinds de Britse tijd Engels is gebleven. De rol van overslagplaats was toen al verdwenen.
Sint Eustatius is daarna eigenlijk altijd een buitenbeentje in het rijk gebleven. Vorig jaar bijvoorbeeld kozen de eilandbewoners als enige Antillianen voor behoud van de Nederlandse Antillen. De andere vijf eilanden wilden een status aparte of aansluiting bij Nederland. Daarna was uitvoering van de wens van de bevolking van Sint Eustatius onmogelijk geworden. Schoorvoetend heeft Statia er nu ook maar voor gekozen om een gemeente te worden. Een gemeente dus waar Nederlands geen voertaal is. © GPD
Reacties