Oorlog en seks. Ziekte en schoonheid. Liefde en haat. Hitte, ontbering, koude, dorst, maar ook overvloed en onmetelijke rijkdommen. Het verhaal van de verovering en bezetting van Egypte door de Franse generaal Napoleon Bonaparte bevat zoveel verschillende en tegenstrijdige facetten dat zelfs een gerenommeerde filmmaker moeite zou hebben alle elementen in zijn script te verwerken. Maar het meeslepende boek van Paul Strathern 'Napoleon in Egypte' vraagt, nee, smeekt om verfilming.
Hier is een jonge ambitieuze Corsicaan die in het postrevolutionaire Frankrijk aan het einde van de achttiende eeuw naar roem, eer en glorie verlangt. Hij droomt ervan een rijk te stichten in navolging van de Macedoniër Alexander de Grote. Hij denkt aan India, aan het vernederen van vijand Engeland.
Egypte lijkt Bonaparte daarvoor een mooi oefenterrein en een geschikte plek om de oosterse barbaren een stukje westerse beschaving bij te brengen.
In geuren en kleuren, met veel bloed en rottend vlees, beschrijft Strathern de veldslagen die de Fransen in Egypte leveren. De moderne Franse vechttechniek wint het van het ongeorganiseerde 'ieder voor zich, Allah voor ons allen' van de Mamelukken, die met hun charges de Franse carrés niet kunnen verslaan.
In de Egyptische woestijn wordt niet op een leven meer of minder gekeken. De ongedurige Napoleon is een meester op het slagveld, maar logistiek en bevoorrading zijn geen sterke punten. Hij komt ook in de problemen wanneer de Britten zijn vloot verslaan en een blokkade beginnen voor de Egyptische kust. Contact met Frankrijk wordt daardoor schier onmogelijk, hulp van buitenaf ook.
De brieven die de generaal naar huis stuurt, worden steevast onderschept en zorgen vaak voor leedvermaak in Londen. Zeker wanneer hij weer eens ruzie maakt met zijn ontrouwe echtgenote Joséphine. Zelf is hij ook niet trouw. Als een Bijbelse koning David stuurt hij een officier weg uit Cairo om van diens afwezigheid gebruik te maken om zijn vrouw het hof te maken.
Het dagelijkse leven zoals Strathen het met gebruik van tientallen bronnen, verslagen en dagboeken beschrijft, staat vol van intriges, verraad, seks, pest en geslachtziekten. De Fransen denken Egypte beschaving te brengen en vrijheid, gelijkheid en broederschap. Maar die gedachten vinden in de woestijn geen vruchtbare bodem.
Buiten het eigen garnizoen is geen Fransman veilig. Tegelijkertijd ontdekken de Fransen, onder wie een grote groep wetenschappers die Bonaparte heeft meegenomen, dat Egypte zelf een veel oudere beschaving herbergt. Het is in deze tijd dat de piramiden en koningsgraven worden 'ontdekt', en de steen van Rosette, waarmee later de hiërogliefen kunnen worden ontcijferd.
Napoleons avontuur loopt uiteindelijk op niets uit. Om Egypte veilig te stellen, rukt hij op naar Palestina, waar hij bij Akko een nederlaag lijdt. Het grote rijk van Alexander kan hij nu wel vergeten. De generaal keert op slinkse wijze terug naar Frankrijk, met achterlating van zijn 'Leger van de Oriënt'.
Nieuwe uitdagingen wachten, om te beginnen een staatsgreep en daarna nieuwe veroveringen - met een tocht naar Moskou, die aantoont dat de lessen uit Egypte (bevoorrading en verzorging!) niet zijn geleerd. © RB Hans Jacobs
* Paul Strathern: Napoleon in Egypte. Vertaling Ineke Mertens. Uitgeverij Mets & Schilt. 462 pag. 35 euro.
Reacties