Bij werkbezoeken van koningin Máxima worden veel handjes geschud en gesprekken gevoerd achter gesloten deuren. De pers heeft daar niets te zoeken. Sterker nog, is niet eens welkom. Dat gaf bij het vorige werkbezoek aan Addis Ababa de gelegenheid om in de stad op zoek te gaan naar sporen van het oude keizerrijk en met name van de legendarische keizer Haile Selassie.
Veel moeite moet ik er niet eens voor doen zo blijkt al meteen. In een boekwinkel ligt een vuistduik boek in het Amhaars met de foto van Haile Selassie op de kaft. Met Amhaars kan ik niet veel en er te staan te weinig foto’s in het 802 pagina’s tellende geschrift om het als curiositeit aan de toch al omvangrijke verzameling thuis toe te voegen. Al zou het best passen op de plank met boeken in het Cambodjaans, Thai, Japans en Bhutaans.
Niet ver van het hotel waar de koningin tijdens haar korte bezoek aan Ethiopië verblijft, ligt het presidentieel paleis. Op het hek is duidelijk nog de keizerskroon te zien, want zoals dat gaat bij machtsovernames, de nieuwe sterke man pikt het verblijf van zijn voorganger in. Ik aarzel om een foto te maken. Aan de overkant van de straat is een wachttoren met duidelijk bewapende militairen. Je weet niet of die ook het maken van een foto van het hek met een kogel afstraffen.
Naar de kathedraal dan maar. Daar hoeft niet gezocht te worden. Het is de laatste rustplek van Haile Selassie. Niet zo lang overigens, pas sinds 2000 toen zijn stoffelijke resten 25 jaar na zijn overlijden na een lange processie door de stad daar in een sarcofaag werden bijgezet.
Bezoekers moeten op kousenvoeten door de Heilige Drie-eenheidskathedraal [Holy Trinity] schuifelen. De vloer van de Ethiopisch-orthodoxe kerk is bedekt met tapijt. Niet kostbaar, maar met de modder en het stof van buiten, zou het al snel vies worden. Ik wil meteen doorlopen, maar de gids heeft andere ideeën. De uitleg over de heiligen op de gebrandschilderde ramen van het in aan het einde van de Tweede Wereldoorlog in gebruik genomen godshuis, interesseren me echter maar matig. Alleen het raam dat het bezoek van Makeda, de koningin van Sheba, aan koning Salomon voorstelt, is in het licht van deze pelgrimage nog wel van belang.
De Ethiopische keizers immers herleiden hun afkomst tot Salomon en het kind Menelik I dat hij bij koningin Makeda verwekte. De laatste van die keizers was dus Haile Selassie, die was voorzien van een hele trits titels, de ene nog fraaier dan de andere: koning der koningen, leeuw van Juda, en nog een paar. Haile Selassie regeerde 44 jaar, werd in 1974 afgezet en stierf een jaar later onder nooit helemaal opgehelderde omstandigheden. Hij werd onceremonieel begraven onder een laag beton in het kantoor van de nieuwe militaire machthebber.
De geschiedenis echter heeft ook voor het stoffelijk overschot van Haile Selassie een andere wending genomen en daarom ben ik op deze zonnige maandag in deze kerk. Achter een hek staan, in duisternis gehuld, twee enorme marmeren sarcofagen. Eén voor Haile Selassen en één voor zijn al in 1962 overleden echtgenote keizerin Menen.
Op de sarcofaag van Haile Selasse staat zijn monogram, dat in het Engels vaak wordt weergegeven als HIM HS – Zijne Keizerlijke Majesteit Haile Selassie. Zijn laatste rustplaats ligt naast het vroeger voor hem gereserveerde ‘heilige’ deel van de kerk, vlak voor het alleen voor priesters toegankelijke ‘heilige der heiligen’.
Om de hoek van de grafkapel staan de tronen van keizer en keizerin nog precies zo als in 1974 toen opstandige militairen een bloedig einde maakte aan het autocratische keizerlijke bewind. De tronen zijn gekroond en de bij de keizer staan de twaalf apostelen boven zijn zetel en uiteraard komt ook de leeuw van Juda royaal in het meesterwerk terug.
De gids wijst naar de koepel, waar schilderingen zijn aangebracht waarop Haile Selassie centraal staat. Zo hijst hij op één paneel de Ethiopische vlag na terugkeer in zijn rijk nadat met hulp van onder meer de Britten in de Tweede Wereldoorlog de Italiaanse bezetters van Ethiopië zijn verslagen en verjaagd.
De kerk – ondergronds zijn de graven van meer leden van de keizerlijke familie, de keizerin lag daar aanvankelijk ook begraven – moet de herinnering levend houden aan de dappere Ethiopiërs die hun leven verloren in de strijd tegen de Italianen die het Afrikaanse land in 1936 veroverden. Op een ander paneel zien we Haile Selassie in Genève bij de Volkerenbond tijdens zijn gepassioneerd pleidooi om hulp; die assistentie kwam pas toen de rest van Europa ook in oorlog verkeerde. In de tussentijd woonde Haile Selassie in ballingschap in Engeland.
Bij de graven van andere voormalige heersers of hun familieleden – ik denk aan de laatste keizer van Oostenrijk, Karl en zijn vrouw Zita – liggen doorgaans bloemen of kransen. Dat is bij de tombes van Haile Selassie en zijn vrouw niet het geval. Het is er eigenlijk een rommeltje, met stoelen eromheen die met plastic zijn afgedekt en een half opgerold tapijt.
Achter de kathedraal is sinds 2006 een klein ‘Selassie’ museum. Het is een zaaltje met vitrines met voornamelijk religieuze voorwerpen: gewaden, kruisen, gebedenboeken, kronen. Het zijn voorwerpen die de keizers hebben gebruikt en geschenken van de keizers aan de kerk, tijdens het marxistisch terreurbewind dat op de regering van Haile Selassie volgde goed bewaard gebleven en nu uitgestald.
Ik heb kostbaarder spullen gezien, naar Europese vorstelijke maatstaven is het een magere oogst maar het is natuurlijk al bijzonder dat het er nog is. Het is verder zo’n museumpje waarvan de bewaarder eerst het hek komt openen, en daarna aarzelend het licht aandoet om de schatten te tonen. Zodra de rondgang is voltooid, gaat het licht weer uit. Maar, zo stel ik vast, hier is tenminste nog elektriciteit. In het museum over de 'rode terreur' die na hem volgde is dat er niet.
Daar hangt in de eerste zaal hangt een grote foto van Haile Selassie die op zijn tachtigste verjaardag een speciaal uit Londen ingevlogen taart aansnijdt. Daarnaast hangt een foto van een uitgemergelde en uitgehongerde boer, die mede door het wanbeleid van Haile Selassie op het punt staat te kreperen.
De boodschap is duidelijk. De ‘koning der koningen’ ontbrak het aan niets, terwijl zijn volk verhongerde. Daar komt revolutie van, zo leren de geschiedenisboekjes en in een volgende ruimte zien we de keizer in een Volkswagen kever stappen om in gevangenschap te worden afgevoerd. Dat was meteen het einde van het keizerrijk. Verder zoeken hoeft niet.
© RB Hans Jacobs; bewerking van een column die eerder verscheen in Royalty
Reacties