Landenbezoeken en de daarin besloten veldbezoeken zijn zowel de hoogtepunten als de ankerpunten van de VN-activiteiten van koningin Máxima.
Op papier kan alles er nog zo goed uit zien, in de praktijk kan het allemaal anders zijn zo heeft ze al menig keer geleerd. Beleidsmakers denken vaak niet aan praktische problemen of obstakels, of zijn zich er niet van bewust. Tijdens een veldbezoek ergens op het platteland hoort Máxima waar de goede voornemens spaak lopen.
De koningin bracht in 2019 maar liefst vier landenbezoeken, van Jordanië tot Pakistan. Het was tevens het jaar dat ze een jubileum had te vieren: tien jaar speciaal pleitbezorger van de VN-secretaris-generaal op het gebied van 'inclusieve financiering' - het (beter) toegankelijk maken van financiële diensten.
Voor iedereen, maar in de praktijk zijn het vooral vrouwen, lageloners en keuterboeren en mensen in afgelegen gebieden die geen of nauwelijks toegang hebben. En dan gaat het niet alleen om bankzaken, maar ook om krediet en verzekering. De reisplannen voor 2020 waren volop in ontwikkeling, met het voornemen om extra aandacht te besteden aan West-Afrika, toen de wereld werd getroffen door het zeer besmettelijke coronavirus.
Na Davos en een korte bijeenkomst in Jakarta voorafgaand aan het staatsbezoek vorig jaar maart, was het snel duidelijk dat alle plannen op de lange baan geschoven konden worden. De voorjaarsbijeenkomst van de Wereldbank, de Algemene Jaarvergadering van de Verenigde Naties, de aanbieding van het jaarrapport, niks kon in fysieke vorm doorgaan.
Daarmee kwam het VN-werk van Máxima niet stil te liggen. Integendeel, want de coronacrisis maakte dubbel en dwars duidelijk dat toegang tot financiële diensten van essentieel belang is voor miljoenen mensen. Als winkels dicht zijn, en overheidsloketten sluiten, is digitaal of mobiel geld overmaken een uitkomst - ook voor overheidssubsidies en uitkeringen bijvoorbeeld. Dan hoef je niet in een rij te gaan staan of kilometers afleggen naar een kantoortje.
Er was dus eerder meer dan minder werk aan de winkel. En voordelen had het niet reizen ook: het scheelde tijd en Máxima kon meer tijd thuis doorbrengen. Maar zo vertelde ze in een gesprek in december, videobellen was makkelijker met mensen die je al kende dan met nieuwe ministers of bankdirecteuren. In de politiek wisselen bewindslieden regelmatig en bankdirecteuren worden ook nog wel eens vervangen, dus het niet reizen en geen fysieke ontmoetingen hebben, had ook zijn schaduwzijden.
De reismogelijkheden voor 2021 zien er voorlopig ook niet bemoedigend uit. Er zijn weliswaar vaccins tegen het virus, maar het duurt nog wel even voor voldoende mensen zijn gevaccineerd en voor precies duidelijk is wat de effecten van vaccinatie zijn. Stilzitten was echter geen optie.
Máxima had vorig jaar al een 'virtueel bezoek' gebracht aan inkomend G20-voorzitter Italië en deze week kwam daar een 'virtueel landenbezoek' aan het West-Afrikaanse Senegal bij. Voordeel in beide gevallen: ze kende een aantal hoofdrolspelers al van eerdere ontmoetingen. Zo borduurde de koningin met Senegal voort op het gesprek dat ze vorig jaar januari tijdens het Wereld Economisch Forum had met president Macky Sall.
Ook met gouverneur Tiémoko Meyliet Koné van de Centrale Bank van de West-Afrikaanse staten (BCEAO) sprak ze al eens eerder. Met hem had Máxima het over de invoering van de plannen voor financiële inclusie in Senegal, een van de acht landen waar de bank actief is. Andere onderwerpen waren de uitbreiding van digitale financiële diensten voor mensen die in afgelegen gebieden wonen, de fintech sector en betere digitale betaalmethoden.
Senegal is niet anders dan veel andere West-Afrikaanse landen wat betreft de toegang tot financiële diensten. Volgens cijfers uit 2017 heeft 42 procent van de volwassenen toegang tot financiële diensten bij een bankinstelling of bankagentschap. Dat betekent dat nog altijd 4,85 miljoen Senegalezen geen toegang hebben tot een bank- of spaarrekening, verzekering, lening, pensioenvoorziening of digitale betaalmethoden. Dit beperkt hun mogelijkheden voor economische ontwikkeling.
Voor het landenbezoek volgens het 'tijdelijke normaal' waren net als gebruikelijk drie dagen uitgetrokken. Dinsdag sprak de koningin onder meer met de minister van Financiën en Budget, Abdoulaye Daouda Diallo en had ze een rondetafelgesprek met vertegenwoordigers van fintech organisaties over digitale financiële diensten.
Donderdag stonden gesprekken met president Macky Sall, de minister voor Microfinanciering en Sociale en Solidaire Economie, Zahra Iyane Thiam en de minister voor Digitale Economie en Telecommunicatie, Yankhoba Diatara op de agenda. Ook was een tweede gesprek voorzien met gouverneur Koné.
© RB Hans Jacobs
Laatste reacties