Hoeveel kaarten zullen het zijn geweest? Geen idee. Een paar honderd zeker. De laatste jaren was het vaste prik om bij buitenlands verblijf soms elke dag, soms vanaf elke nieuwe plek, een ansichtkaart te versturen. Met sinds 2002 gemiddeld zo'n honderd dagen per jaar over de grens, telde dat aan. In het jubileumjaar van koningin Beatrix kwamen daar ook de binnenlandse bestemmingen bij, van Terschelling tot Veere.
Het werd een sport, een uitdaging en uiteindelijk een tweede natuur om meteen na aankomst in een land of stad op zoek te gaan naar postzegels en ansichtkaarten. Vlug voor aankomst van de koningin op Schiermonnikoog, zoeken naar een postkantoor zonder lange wachtrijen in Bratislava of Buenos Aires. Speuren naar brievenbussen in Santiago. Collega's en vrienden zochten mee. ' Heb je al een kaart gestuurd?' werd een regelmatig gestelde vraag.
Van vaak bezochte landen had ik altijd een voorraadje zegels bij me. Met het toenemen van het werk en het reizen, nam uiteraard ook het aantal verstuurde ansichtkaarten toe. Stuk voor stuk waren ze welkom, eerst in Venlo en de laatste paar jaar in het Limburgse Baarlo.
Ze waren gericht aan een hoogbejaarde vrijgezelle tante, die op die manier meereisde over de hele wereld - van Nieuw-Zeeland naar Aruba, van Chili naar Laos en Thailand. In een doos werden ze trouw bewaard.
,,Als ik doodga, scheelt hem dat veel geld", zei ze vlak voor haar overlijden tegen familieleden. Ze was inmiddels ernstig ziek. Uit Zweden en Finland stuurde ik nog iedere dag kaarten. Op vliegveld Arlanda bij Stockholm ging dinsdagmiddag de laatste kaart op de bus. Die is niet meer op tijd aangekomen.
Donderdag 19 juli is tante Til, 94 jaar oud, in het verzorgingshuis in Baarlo overleden. De reizen later dit jaar - Monaco, India, Bhutan - zullen niet hetzelfde zijn zonder de ansichtkaarten. © GPD
Laatste reacties