Koningin Fabiola heeft haar hele leven lang bijzondere banden onderhouden met de Spaanse koninklijke familie. De grootvader van koning Juan Carlos, koning Alfonso XIII, kwam in de tijd dat Fabiola werd geboren en opgroeide, al bij haar ouders over de vloer om te kaarten. Koningin Victoria-Eugenia ('Ena', kleindochter van koningin Victoria), werd peettante van de op 11 juni 1928 geboren Doña Fabiola.
De familie Mora y Arágon volgde de Spaanse koninklijke familie in 1931 in ballingschap en ook in de decennia daarna kruisten de wegen elkaar keer op keer. Toen Ena in 1957 één van haar kleindochters wilde koppelen aan de vrijgezelle koning der Belgen, nodigde ze ook haar petekind Fabiola - die met haar familie was teruggekeerd naar Spanje - uit voor de ontmoeting met Boudewijn. Anders lag het er te dik bovenop.
Volgens de schrijvers van het hagiografische boek 'Fabiola. Koningin in het wit', waarin dit verhaal wordt verteld, zou die kleindochter Anna Marone zijn geweest, dochter van Infanta Maria Cristina. Maar gezien haar geboortejaar en leeftijd in 1957 (negen!) ligt dat niet voor de hand. Er sloeg in het koninklijke appartement in Lausanne een vonk over, maar dan wel tussen Fabiola en Boudewijn. Bij hun huwelijk in december 1960 was de graaf van Barcelona, zoon van Ena en Alfonso en vader van de huidige koning Juan Carlos, getuige voor Fabiola. Ook 'Juanito' was aanwezig.
De banden verkoelden toen dictator Franco prins Juan Carlos aanwees als zijn beoogde opvolger. Juan Carlos werd gezien als verlengstek van het facisme en werd daarom op afstand gehouden, aldus voormalig grootmaarschalk Herman Liebaers. Maar na de dood van Franco en de eerste regeringsdaden van de nieuwe Spaanse koning gingen de deuren weer wagenwijd open. Het eerste staatsbezoek van de kersverse koning Juan Carlos gold in 1977 België, dat voor hem en het nieuwe Spanje de weg moest openen naar erkenning in de rest van Europa en de wereld. Het tegenbezoek van 26 tot 29 september 1978 was uiteraard voor Fabiola, als geboren Spaanse, zeer speciaal.
In november 1981 stonden Juan Carlos en Sofia de bedroefde Fabiola bij wanneer haar moeder op 88-jarige leeftijd is overleden; ze brachten de nacht wakend met Fabiola en Boudewijn door. Het Spaanse koningspaar spoedde zich in 1993 ook meteen na het bekend worden van het overlijden van koning Boudewijn in zijn Spaanse vakantieverblijf Villa Astrida van Mallorca naar Moril, om Fabiola te steunen en troosten. Ze begeleidden het stoffelijk overschot van de koning ook naar het vliegveld van Granada, voor de terugvlucht naar België. In 2008, bij de tachtigste verjaardag van Fabiola en de herdenking van de vijftiende sterfdag van Boudewijn, nam koningin Sofia met Fabiola het beschermvrouwschap op zich van het eerste internationale muziekfestival 'Koning Boudewijn' in Moril, ten teken dat de bijzondere banden nog altijd werden onderhouden.
Maar Juan Carlos volgt zijn vriend Boudewijn niet in alles. ,, Yo soy el Rey de España, no el Rey de Bélgica - Ik ben de koning van Spanje en niet van België", zegt hij wanneer in Spanje de vraag wordt gesteld of de koning de wet zal tekenen die het huwelijk ook openstelt voor mensen van gelijk geslacht. In 1990 immers trad Boudewijn 36 uur terug om de regering de gelegenheid te geven de abortuswet te tekenen. Dat weigerde hij namelijk. © RB
Reacties